De Spaanse Peper kent een lange geschiedenis. Anders dan de naam doet vermoeden is deze peper echter niet afkomstig uit Spanje maar uit Zuid Amerika.

Pepers ten tijde van de Maya's en Azteken

In oude geschiedschriften dook de Spaanse of chilipeper voor het eerst op rond 6000 V Christus; uit overblijfselen blijkt dat de Maya's en Azteken rond die tijd al intensief chilipepers verbouwden. De planten werden niet alleen als voedingswaren, maar ook voor medicinale doeleinden gebruikt. Ook op de archeologische site Huaca Prieta in Peru zijn resten van gecultiveerde pepers gevonden die stammen uit 2500 voor Christus.

Ontdekking chilipeper

Het duurde echter lange tijd voordat de chilipeper doordrong tot de rest van de wereld. Pas in 1492 werd de peper geïntroduceerd door ontdekkingsreizigers als Christoffel Columbus. In die tijd maakte Columbus naam door zijn ontdekking van de Nieuwe Wereld: Amerika. Aanvankelijk dacht hij dat hij op Indië was gestuit. Columbus zocht tijdens zijn reizen onder meer naar zwarte pepers. De zwarte peper was in die tijd zeer waardevol en werd ook wel het nieuwe goud genoemd. In plaats van de zwarte peper stuitte de ontdekkingsreiziger op de chilipeper. Hoewel de chilipeper en de zwarte peper niet aan elkaar verwant zijn, ontdekte Columbus dat er wel degelijk overeenkomsten waren in smaak en gebruik. In 1493 schreef hij erover in zijn logboek. "We ontdekten dat het land veel aji produceerde. Een peper die kostbaarder en gezonder is dan de gewone soort”. Het inheemse woord aji werd overigens snel opgenomen in de Spaanse taal en betekent ook nu nog "hete pepers".
Ook de ontdekkingsreiziger Cortez maakte niet lang daarna kennis met de rode peper. Hij bereikte in 1520 de oostkust van Mexico. Als eregast van Azteekse keizer Montezuma kreeg hij xocotlatl aangeboden: een kleine portie geurige chocoladedrank met vanille, spaanse peper en andere kruiden. Ook al schijnt het dat deze drank niet te drinken was, nog steeds wordt de combinatie van chocolade en Spaanse peper gemaakt.

Verspreiding pepers

Rond 1500 werd de Spaanse Peper door de Portugezen en Spanjaarden razendsnel verspreid. Allereerst werd de peper meegenomen naar Spanje, daarna werd de peper ook verspreid naar Afrika en Azië. Men vermoed dat de Spaanse Peper rond 1540 in Indonesië werd geïntroduceerd. De "Spaanse" pepers werden als eerste door de Portugezen geïntroduceerd in Malakka, Ambon en Oost-Timor. Tot die tijd werden vooral zwarte pepers en gember in de Indonesische keuken gebruikt.